Columns van Smoel.nl

Wat een man sexy maakt

door Ramon Stoppelenburg

Toen Rod Stewart – een man, erger nog, een man die rondspringt in een Spandex-broek met luipaardprint – in de jaren zeventig de vraag Do ya think I’m sexy? stelde, wist hij het antwoord waarschijnlijk al.

Dat is het vreemde aan mannen: wie we ook zijn en hoe we er ook uitzien, we denken allemaal dat we voortdurend sexy zijn. ’s Morgens vroeg, als we op de bank hangen, als we spinazie tussen onze tanden uit pulken.

Wij zijn adembenemend.

Het heeft niet met ego of misleidende zelfingenomenheid te maken. Het komt gewoon doordat we bij onze geboorte de zelfverzekerdheid hebben meegekregen die nodig is om te denken dat we sexy zijn. En als je erover nadenkt, is dat volkomen logisch.

Vanaf het prille begin der tijden maken mannen jacht op vrouwen en laten vrouwen zich (soms) vangen. Maar als je vanaf dag één weet dat jij degene bent die in verlegenheid wordt gebracht omdat je liefdesverklaring van de hand wordt gewezen, dat jij degene bent die je hart en ziel op een presenteerblaadje aan je basisschoolliefje aanbiedt en dat jij degene bent die door het hiervoor genoemde kreng in je gezicht wordt uitgescholden, dat moet je natuurlijk wel geloven dat je sex op twee benen bent. Het is een overlevingsmechanisme. Zonder dat zou jij (in ieder geval ik) vandaag nog steeds de wonden van die bepaalde afwijzing likken. En dat is het addertje onder het gras, want hoe sexy wij mannen ook denken te zijn, als we vrouwen niet van dit feit kunnen overtuigen staan we in principe in een doodlopende straat.

Ik denk bijvoorbeeld dat mijn beste attributen mijn ogen, mijn schouders en glimlach zijn, maar toen ik mijn vriendin vroeg wat ze sexy aan me vond, was het eerste wat ze noemde mijn bovenbenen! Nu schenk ik nooit aandacht aan mijn bovenbenen (maar werk ik aan mijn ogen, schouders en – oh, de vernedering! – mijn glimlach), dus hoe kan ze die sexy vinden? De pure subtiliteit, willekeur en ondefinieerbaarheid van wat vrouwen sexy vinden is uitermate frustrerend.

Een opinipeiling onder vriendinnen maakten mijn verwarring alleen maar groter. Een goede vriendin vertelde me eens dat ze Russell Crowes vingertoppen in Gladiator aanbad. Een andere vriendin informeerde me dat de geur van de aftershave-love nek van haar vriend haar helemaal gek maakte. Een ander was gefixeerd op een man, alleen om de manier waarop het licht op zijn huid viel de eerste keer dat ze hem zag.

De volledige lijst van beroemde mannen die vrouwen sexy vinden is ook verbazingwekkend. Tussen namen als George Clooney en Will Smith staan Danny DeVito, Tony Blair en Bart Simpson. Dergelijke informatie is allemaal heel poëtisch en/of democratisch, maar niet echt praktisch voor mannen die sexiër willen zijn.

Als ik me dus sexy wil voelen, moet ik vergeten wat vrouwen willen, omdat ik er geen flauw idee van heb, en kiezen voor wat ik mooi vind: mijn lichtgroene t-shirt met v-hals, mijn witte linnen broek en – als ik er echt voor ga, baby – mijn stoere zonnebril die mijn vriendin voor me heeft gekocht. Adembenemend? Nou, bijna.

Diep vanbinnen vermoed ik dat het feit dat ik geen flauw benul heb van waarom een vrouw me sexy vind misschien wel de meest sexy sensatie van alles is.

Peuken

Door Wim Schluter

Freek de Jonge was op TV. Tijdje geleden al. Hij ondersteunde een actie tegen het uitzettingsbeleid van minister Verdonk. Een actie met spandoeken en gezang. De presentator viel Freek aan over het zinloze karakter van de manifestatie. Freek reageerde abrupt. ‘Het ritueel ondersteunt het geloof. Geloof zinder ritueel is niks, en rituelen zonder geloof zijn zinloos’. Lees ‘m nog maar eens na, die zin. Laat ‘m in je geestelijke roulettewieltje rondjes draaien totdat ‘ie in het juiste gaatje valt.

Jij en ik, klaar met eten. Ik had gekookt. Goed gekookt, zelfs. Niks geen afhaal in plastic bakken maar een keuken vol geuren, restjes en vieze pannen. Het eten had goed gesmaakt, het toetje was verorberd en nu wachtte ons de vieze vaat - die ons door een combinatie van zwaar eten en veel wijn bijzonder tegenstond. En jij vouwde je handen onder je kin, begon te roken en te praten. En ik rookte en praatte mee. En terwijl we spraken, kwamen onze sokvoeten onder tafel elkaar eerst schrikachtig maar gaandeweg steeds vertrouwder tegen.

En praten, praten, praten. Koetjes, kalfjes, overige veestapel, levensvragen, toekomstverwachtingen, teleurstellingen, jeugdtrauma’s, werk, geld, geloof, liefde.

De asbak stond even verderop, té ver om naar te reiken. En dus drukten wij onze peuken uit op de borden met etensresten en creeërden zo een surrealistisch geheel van opdrogende sausresten en sigaren- en sigarettenpeuken. Op jouw wijnglas bleef bovendien je lipstick in fijne, vettige lijntjes achter. Dat wordt boenen in heet water, schoot het nog door me heen. Niet getreurd; nog een fles, nog een peuk. De heerlijke kadans van after dinner.

Dat afwassen stelden we uit. Eerst met een knagend schuldgevoel, later met laconieke gelatenheid. De volgende ochtend begroette mij het drama op de eettafel als een stilleven. Een onsmakelijk stilleven voor wie het niet had meegemaakt. Een stilleven met een verhaal voor wie er bij was. Het verhaal van twee mensen die nog niet uitgeluld waren, geen televisie nodig hadden om de avond door te komen en voor wie de maaltijd eigenlijk niet ophield bij het toetje. Doorpráten, doorroken, doordrinken. En dat alles weergegeven door de peuken op de borden; het ritueel van Freek viel met een heldere tik in het juiste vakje van het roulettewiel.

Het ritueel ondersteunt het geloof. Misschien dat een ritueel gewoon zichtbare gevolgen moet hebben, en niet - zoals wierrook in de kerk - snel opgaat in rook. Dus; peuken op borden. Lipstick op glazen. Fuck de vaat, vereeuwig de vieze borden. Zie foto.

Gouden Katja

door Wim Schluter


Bij thuiskomst lag ze op m’n deurmat; Katja. Of liever gezegd; de Gouden Gids. Maar omdat dat blijkbaar niet meer zo lekker ‘bekt’, lag Katja nu hier. Dat bekt in ieder geval wel fijn. Hoe lang ze daar al lag? Geen flauw idee. De ruwe vezel van mijn kokosmat had in ieder geval nog geen indruk gemaakt op haar tere huidje, of heur haar in de war gemaakt. Gelukkig maar.

Ik legde Katja op tafel en bewonderde haar outfit. Enerzijds in GoudenGids-geel gehuld, in een prachtig broekpak met een verleidelijke inkijk en een spannend riempje om haar borsten in toom te houden. Draaide ik Katja om, dan keek ik niet tegen een spannende broekpak-bips aan, maar tegen een gala-Katja. In prachtig wit gehuld, het telefoonboekenpapier als jurk om haar prachtige lijf gedrapeerd. Katja belandde bovenop mijn lectuur- en krantenstapel.

‘s Avonds begon ze te spoken. "Pak me nou ‘s", sprak ze met haar ik-kom-net-uit-bed-na-een-avondje-roken-en-praten-in-de-kroeg stem. "Pak me nou ‘s op, en sla me open". Ik kon de verleiding niet weerstaan en pakte haar in haar gele broekpak. Met in mijn achterhoofd de televisiereclame wilde ik de rubriek Bedrijfsuitjes opzoeken. "Niet zo saai, sufferd", sprak Katja mij toen. "Draai me om, en pak me nou eens aan de andere kant". De gala-Katja kwam tevoorschijn. "En nou", sprak ze me bemoedigend toe. "Nou gaan we samen wat leuks doen".

Ik heb een prachtige avond gehad. Met Katja. Samen zochten we adressen op, telefoonnummers van lang vervlogen tijden. We zochten op naam naar oude liefdes, en bekeken waar ze nu wonen. In welke sufkuttige buurt, in straten die door straatnaambedenkers zijn getooid met namen van vlinders en plantensoorten.

Vervolgens zochten we - iets moeilijk, maar niet onmogelijk - de straatnamen op van plekken die ons na aan het hart lagen; de Zwolse Beethovenlaan, de Van Ittersumstraat, de Assendorperstraat, de Van Nagellstraat. Samen haalden we herinneringen op aan oude buren, nieuwe liefdes en lang vervlogen tijden. "Nog wijn, of moet je nog rijden?", sprak ik toen ik al lang wist dat de laatste trein naar haar huis al lang was vertrokken. Katja keek me schalks aan, zei niets, maar stak mij uitdagend het glas toe.

This site tracked by OneStat.com. Get your own free site tracker.